nadat ze voor ontvangst getekend had, in plaats van het meteen open te maken. Toen herinnerde ze het zich; het papierwerk was vertraagd. Xavier had gezegd dat ze een certificaat moest tekenen, dus ze had besloten om het zolang op te bergen voor het geval ze een of andere pietluttige Britse wet overtrad die ze nog niet kende. Gezien hoe vaak de politie in haar winkel had rondgesnuffeld kon ze niet voorzichtig genoeg zijn!
“Ik verstop het niet,” zei Lacey. “Ik wacht op het bijbehorende papierwerk.”
“Je weet niet wat erin zit?” vroeg Gina. “Xavier heeft je niet verteld wat het was?”
Lacey schudde haar hoofd.
“En je hebt het niet gevraagd?” drong haar vriendin aan.
Weer schudde Lacey haar hoofd.
Ze zag dat de beschuldigende blik in Gina’s ogen begon weg te ebben en vervangen werd door nieuwsgierigheid.
“Denk je dat het misschien iets…” fluisterde Gina, “…illegaals is?”
Ondanks het feit dat ze ervan overtuigd was dat Xavier niet een of ander verboden item had opgestuurd, was Lacey maar wat blij dat ze de aandacht van zijn cadeau kon afleiden, dus ze ging erin mee.
“Zou kunnen,” zei ze.
Gina’s ogen werden nog groter. “Wat voor iets?” vroeg ze. Ze klonk als een verwonderd kind.
“Ivoor, bijvoorbeeld,” zei Lacey. Ze had zich verdiept in items die illegaal waren om te verkopen in het Verenigd Koninkrijk, antiek of anders. “Alles dat gemaakt is van de vacht van een bedreigde diersoort. Bekleding van stof die niet brandwerend is. Wapens natuurlijk…”
Inmiddels was alle argwaan uit Gina’s ogen verdwenen; alle ‘drama’ betreffende Xavier was in een oogwenk verdwenen bij de veel opwindendere mogelijkheid dat er een wapen in de doos zat.
“Een wapen?” herhaalde Gina met een piepstemmetje. “Kunnen we het niet openmaken om te kijken?”
Ze keek net zo opgewonden als een kind op Kerstavond.
Lacey aarzelde. Ze was al benieuwd naar het pakket sinds de koerier het had afgeleverd. Het moest Xavier een fortuin gekost hebben om het vanuit Spanje op te sturen. De verpakking was ook niet de goedkoopste; het dikke karton was net zo stevig als hout en het hele ding was gefixeerd met industriële nietjes en kabelbinders. Wat er ook in zat, het moest erg kostbaar zijn.
“Okay,” zei Lacey, die zich een beetje rebels voelde. “Het kan vast geen kwaad om even te kijken, toch?”
Ze veegde een onhandelbare pluk van haar donkere pony achter haar oor en pakte het stanleymes dat ze gebruikte om kabelbinders door te snijden en nietjes los te wrikken. Toen sneed ze de doos open en rommelde door het piepschuim.
“Het is een koffer,” zei ze. Ze trok aan een lederen handvat en haalde een zware houten koffer tevoorschijn. Het vulmateriaal dwarrelde op de grond.
“Ziet eruit als de koffer van een spion,” zei Gina. “Oh, je denkt toch niet dat je vader een spion was, of wel? Misschien wel een Russische!”
Lacey rolde met haar ogen terwijl ze de zware koffer op de grond zette. “Ik heb de afgelopen jaren veel bizarre theorieën gehad over wat er met mijn vader gebeurd zou kunnen zijn,” zei ze terwijl ze de klemmen van de koffer een voor een open klikte. “Maar een Russische spion heb ik nooit overwogen.”
Ze opende de koffer en keek erin. Toen ze de inhoud zag, snakte ze naar adem. Het was een schitterend antiek flintlock jachtgeweer.
Gina verslikte zich en begon te hoesten. “Dat mag je hier niet hebben! Hemeltje, het is waarschijnlijk compleet verboden in Engeland! Hoe haalt Xavier het in zijn hoofd om dit naar je toe te sturen?”
Maar Lacey luisterde niet naar de uitbarsting van haar vriendin. Haar aandacht was gefixeerd op het jachtgeweer. Het was in uitstekende staat, ondanks het feit dat het zeker meer dan honderd jaar oud moest zijn.
Voorzichtig haalde Lacey het uit de koffer en voelde het gewicht van het wapen in haar handen. Er was iets vertrouwds aan. Maar ze had nog nooit een geweer in haar handen gehad, laat staan er een afgevuurd. Ondanks haar vreemde gevoel van déjà vu kon ze er geen concrete herinneringen aan verbinden.
Gina begon met haar handen te wapperen. “Lacey, stop het terug! Stop het terug! Het spijt me dat ik je de doos liet uitpakken. Ik had echt niet gedacht dat het een wapen zou zijn.”
“Gina, kalm aan,” zei Lacey tegen haar.
Maar haar vriendin was op dreef. “Je hebt een licentie nodig! Misschien is het wel een misdrijf om het hier überhaupt te bezitten! Het is hier heel anders dan in de Verenigde Staten!”
Gina’s gegil bereikte een hoogtepunt, maar Lacey negeerde haar. Ze had inmiddels wel geleerd dat het geen zin had om te proberen Gina uit haar paniekerige uitbarstingen te praten. Ze gingen uiteindelijk vanzelf voorbij. Dat, of Gina zou zichzelf moe maken.
Bovendien was Lacey te diep onder de indruk door het prachtige geweer om aandacht aan Gina te besteden. Ze was gefascineerd door het vreemde gevoel van vertrouwdheid.
Ze tuurde door de loop. Voelde het gewicht. De vorm van het wapen in haar handen. Zelfs de geur ervan. Er was iets fantastisch aan het geweer, alsof het voorbestemd was om van haar te zijn.
Op dat moment werd Lacey zich bewust van de stilte. Gina’s tirade was eindelijk voorbij. Lacey wierp een blik naar haar.
“Ben je klaar?” vroeg ze kalm.
Gina staarde naar het geweer alsof het een ontsnapte circustijger was, maar knikte langzaam.
“Mooi,” zei Lacey. “Wat ik je probeerde te vertellen is dat ik niet alleen mijn huiswerk heb gedaan betreffende de Britse wetten voor het bezit en gebruik van vuurwapens, maar dat ik ook een certificaat heb om legaal antieke vuurwapens te verhandelen.”
Gina zweeg en er verscheen een verbijsterde frons op haar gezicht. “Echt waar?”
“Ja,” verzekerde Lacey haar. “Toen ik bezig was met de inventarisatie van Penrose Manor ontdekte ik dat het landgoed een hele collectie jachtgeweren had. Ik moest meteen een vergunning aanvragen om de veiling te kunnen houden. Percy Johnson heeft me geholpen om het allemaal te regelen.”
Gina tuitte haar lippen. Ze had die moederlijke blik in haar ogen. “Waarom wist ik daar niets van?”
“Nou, toen werkte je nog niet voor me. Jij was gewoon de buurvrouw wiens schapen steeds mijn terrein opliepen.” Lacey grinnikte bij de dierbare herinnering aan de eerste ochtend dat ze in Crag Cottage was ontwaakt, om vervolgens een kudde schapen op haar gras aan te treffen.
Gina beantwoordde haar glimlach niet. Ze was in een koppige bui.
“Dan nog,” zei ze terwijl ze haar armen over elkaar vouwde, “je moet het laten registreren bij de politie, toch? Het moet in de database voor vuurwapens vastgelegd worden.”
Bij het noemen van de politie dacht Lacey aan het strenge, emotieloze gezicht van hoofdinspecteur Karl Turner, snel gevolgd door het gezicht van zijn stoïcijnse partner, inspecteur Beth Lewis. Ze had al meer dan genoeg confrontaties met die twee gehad.
“Dat hoeft niet,” zei ze tegen Gina. “Het is een antiek wapen en het is onklaar gemaakt. Dat betekent dat het geclassificeerd is als decoratiestuk. Ik zei al, ik heb mijn huiswerk gedaan!”
Maar Gina gaf niet mee. Ze leek vastberaden om tekortkomingen te vinden.
“Onklaar gemaakt?” herhaalde ze. “Hoe weet je dat zo zeker? Ik dacht dat je zei dat het papierwerk vertraagd was.”
Lacey aarzelde. Gina had een punt. Ze had het papierwerk nog niet gezien, dus ze kon niet honderd procent zeker weten dat het geweer niet werkte. Maar er zat geen munitie in de koffer en Lacey was ervan overtuigd dat Xavier haar geen geladen wapen per pakketpost zou opsturen!
“Gina,” zei ze met een strenge maar definitieve stem, “ik beloof je dat ik het allemaal onder controle heb.”
De woorden rolden heel makkelijk van Lacey’s tong. Ze wist het toen nog niet, maar ze zou er spoedig spijt van zou krijgen.
Gina