Nederland

Kieswet – KW


Скачать книгу

de gemeenteraad wordt een hoofdstembureau ingesteld, bestaande uit vijf leden, van wie er één voorzitter en één plaatsvervangend voorzitter is.

      2. De burgemeester is voorzitter van het hoofdstembureau. De plaatsvervangend voorzitter en de andere leden, alsmede drie plaatsvervangende leden, worden door burgemeester en wethouders benoemd en ontslagen.

      Artikel E 8

      De in de artikelen E 5, E 6 en E 7 bedoelde benoemingen geschieden voor vier kalenderjaren. Degene die ter vervulling van een opengevallen plaats is benoemd, treedt af op het tijdstip waarop degene in wiens plaats hij is benoemd, zou hebben moeten aftreden.

      Artikel E 9

      Voor het houden van de zittingen van het hoofdstembureau wijzen burgemeester en wethouders een geschikte ruimte aan.

      Artikel E 10

      Bij algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels gesteld worden omtrent inrichting, samenstelling en werkwijze van het hoofdstembureau.

      § 4. De centrale stembureaus

      Artikel E 11

      1. Er is voor de verkiezing van elk vertegenwoordigend orgaan een centraal stembureau.

      2. Voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer treedt de Kiesraad als centraal stembureau op.

      3. Voor de verkiezing van de leden van provinciale staten treedt het hoofdstembureau van de kieskring waarin de gemeente is gelegen waar de vergadering van de staten wordt gehouden, tevens als centraal stembureau op.

      4. Voor de verkiezing van de leden van de gemeenteraad treedt het hoofdstembureau tevens als centraal stembureau op.

Hoofdstuk F. Het tijdstip van de kandidaatstelling

      Artikel F 1

      1. De kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer, provinciale staten en de gemeenteraad vindt plaats op de dinsdag in de periode van 18 tot en met 24 januari.

      2. In het geval, bedoeld in artikel C 3, eerste lid, vindt de kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer plaats op de dinsdag in de periode van 29 maart tot en met 4 april.

      3. Bij koninklijk besluit kan, indien zwaarwichtige redenen verband houdend met de dag van stemming daartoe nopen, worden bepaald dat de kandidaatstelling plaatsvindt op de dinsdag, woensdag, donderdag, of maandag vууr de in het eerste onderscheidenlijk tweede lid genoemde dag. Het koninklijk besluit wordt bekend gemaakt uiterlijk zes maanden vууr de in het eerste onderscheidenlijk tweede lid genoemde dag.

      Artikel F 2

      In geval van ontbinding van de Tweede Kamer vindt de kandidaatstelling plaats binnen veertig dagen na de dagtekening van het koninklijk besluit tot ontbinding, op een bij dat besluit te bepalen dag.

Hoofdstuk G. De registratie van de aanduiding van een politieke groepering

      Artikel G 1

      1. Een politieke groepering die een vereniging is met volledige rechtsbevoegdheid kan aan het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer schriftelijk verzoeken de aanduiding waarmee zij voor die verkiezing op de kandidatenlijst wenst te worden vermeld, in te schrijven in een register dat door het centraal stembureau wordt bijgehouden. Verzoeken, ontvangen na dedrieënveertigste dag voor de kandidaatstelling, blijven voor de daaropvolgende verkiezing buiten behandeling.

      2. Voor de in het eerste lid bedoelde registratie moet een waarborgsom van Ђ 450 dan wel, indien het een groepering betreft die blijkens de statuten haar zetel heeft in Bonaire, Sint Eustatius of Saba, een waarborgsom van USD 450 worden betaald aan de Staat. Degene die de betaling heeft verricht, ontvangt een bewijs daarvan. Na inlevering van een geldige kandidatenlijst voor de eerstkomende verkiezing na de beslissing op het verzoek wordt hem de waarborgsom teruggegeven.

      3. Bij het verzoek worden overgelegd:

      a. een afschrift van de notariлle akte waarin de statuten van de vereniging zijn opgenomen;

      b. een bewijs van inschrijving in het handelsregister, bedoeld in artikel 2 van de Handelsregisterwet 2007 dan wel artikel 2 van de Handelsregisterwet 2009 BES;

      c. het in het tweede lid bedoelde bewijs van betaling;

      d. een verklaring van de politieke groepering, houdende aanwijzing van haar gemachtigde en plaatsvervangend gemachtigde bij het centraal stembureau, welke geldt zolang zij niet door een andere is vervangen.

      4. Het centraal stembureau beschikt slechts afwijzend op het verzoek, indien:

      a. de aanduiding strijdig is met de openbare orde;

      b. de aanduiding geheel of in hoofdzaak overeenstemt met een reeds geregistreerde aanduiding van een andere politieke groepering, of met een aanduiding waarvoor reeds eerder op grond van dit artikel een registratieverzoek is ontvangen, en daardoor verwarring te duchten is;

      c. de aanduiding anderszins misleidend is voor de kiezers;

      d. de aanduiding meer dan 35 letters of andere tekens bevat;

      e. de aanduiding geheel of in hoofdzaak overeenstemt met die van een rechtspersoon die bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak verboden is verklaard en deswege is ontbonden;

      f. het verzoek op dezelfde dag bij het centraal stembureau is ingekomen als een ander verzoek, strekkende tot inschrijving van een geheel of in hoofdzaak gelijkluidende aanduiding, tenzij dat andere verzoek reeds op een der onder a tot en met e genoemde gronden moet worden afgewezen.

      5. De beslissing van het centraal stembureau op het verzoek wordt aan de gemachtigde bekendgemaakt. Van de beslissing wordt mededeling gedaan in de Staatscourant.

      6. Een politieke groepering waarvan de aanduiding is ingeschreven in het register, kan schriftelijk een verzoek tot wijziging van deze aanduiding indienen bij het centraal stembureau. De laatste volzin van het eerste lid, alsmede het vierde en vijfde lid zijn op verzoeken tot wijziging van overeenkomstige toepassing.

      7. Het centraal stembureau schrapt de aanduiding in het register en doet hiervan mededeling in de Staatscourant, wanneer:

      a. de politieke groepering heeft opgehouden te bestaan;

      b. de politieke groepering een verzoek daartoe heeft gedaan;

      c. de politieke groepering als vereniging bij onherroepelijke rechterlijke uitspraak verboden is verklaard en deswege is ontbonden;

      d. voor de laatstgehouden verkiezing van de leden van de Tweede Kamer geen geldige kandidatenlijst is ingeleverd.

      8. Op de veertiende dag voor de kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer, alsmede op de veertigste dag voor de kandidaatstelling voor de verkiezing van de leden van provinciale staten of van de gemeenteraad, brengt het centraal stembureau de door hem geregistreerde aanduidingen van politieke groeperingen, voor zover de registratie daarvan onherroepelijk is, alsmede de namen van de gemachtigden en hun plaatsvervangers ter openbare kennis in de Staatscourant.

      Artikel G 2

      1. Een politieke groepering die een vereniging is met volledige rechtsbevoegdheid en waarvan de aanduiding niet reeds bij het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer is geregistreerd, kan aan het centraal stembureau voor de verkiezing van de leden van provinciale staten schriftelijk verzoeken de aanduiding waarmee zij voor die verkiezing op de kandidatenlijst wenst te worden vermeld, in te schrijven in een register dat door het centraal stembureau wordt bijgehouden. Verzoeken, ontvangen na dedrieënveertigste dag voor de kandidaatstelling, blijven voor de daaropvolgende verkiezing buiten behandeling.

      2. Voor de in het eerste lid bedoelde registratie moet een waarborgsom van Ђ 225 dan wel, indien het een groepering betreft die blijkens de statuten haar zetel heeft in Bonaire, Sint Eustatius of Saba, een waarborgsom van USD 225 worden betaald