kleiner was dan hij gedacht had – véél kleiner zelfs; zijn tweede indruk was, dat de geheele plantengroei tusschen het huis en het pijnbosch ontzettend groot was geworden. Het dak boven den put keek nog maar even uit van tusschen acht voet hooge graspluimen en het kanariekruid had zich om den schoorsteen geslingerd en gesticuleerde met stijve ranken in de lucht. Zijn bloemen waren helder-gele vlekken, die wel een mijl ver duidelijk zichtbaar waren als afzonderlijke, gele, spikkels.
Een groote, groene kabel had zich dwars door het ijzergaas van den looper der reuzen-kuikens gewrongen en had zijn bladerstelen geslingerd om twee aan den buitenkant staande pijnboomen. Bijna half zoo hoog was ook het boschje brandnetels, dat om de karreschuur was opgeschoten. De geheele aanblik deed, hoe meer zij naderden, denken aan een aanval van dwergen op een poppenhuis dat in een vergeten hoekje van den een of ander grooten tuin is blijven staan.
Zij zagen dat de wespen voortdurend ijverig af en aan vlogen. Een zwerm zwarte gedaanten vloog door elkaar in de lucht boven de verweerde heuvelhelling achter het pijnbosch en telkens schoot een van deze gedaanten op in de lucht, met ongelooflijke snelheid, en zweefde heen naar een verwijderd doel. Hun gegons was reeds hoorbaar op meer dan een halve mijl van de Proef-Hoeve.
Eenmaal kwam een geel-gestreept monster hun kant uit schieten, zweefde een tijdlang vóór hen, naar hen kijkend met zijn groote facettenoogen, doch op een mislukt schot uit Cossar’s jachtgeweer, vloog het weder heen. Rechts in een hoek van het veld, kropen er verscheidene over eenige afgekloven beenderen, die waarschijnlijk de overblijfselen waren van het lam dat de ratten hierheen gesleept hadden van Huxter’s boerderij. De paarden begonnen onrustig te worden, toen zij deze wezens naderden. Geen van het gezelschap was een goed menner, en zij moesten ieder paard bij den teugel leiden en het aanmoedigen met hun stem.
Zij zagen geen enkel spoor van de ratten, toen zij het huis naderden, en alles scheen volmaakt rustig, behalve het nu eens duidelijker, dan weer minder duidelijk aanzwellende whoozzzzzzZZZ, whoooooozoo – oe uit het wespen-nest.
Zij leidden de paarden het erf op en een van Cossar’s mannen die de deur zag openstaan – het geheele middengedeelte ervan was weggeknaagd – ging naar binnen. Niemand miste hem den eersten tijd, daar de anderen bezig waren met de vaten petroleum, en zij bemerkten eerst dat hij niet bij hen was, toen zij het knallen van zijn geweer en het fluiten van zijn kogel hoorden. „Pang, pang,” allebei de loopen, en zijn eerste kogel ging, schijnt het, door het vat zwavel, rukte er een duig aan den anderen kant uit, en vervulde de lucht met geel poeder. Redwood had zijn geweer in de hand gehouden en trok het schot er af op iets grijs’ dat hem voorbij rende. Hij zag nog even het breede achtergedeelte, den langen schubachtigen staart en lange zolen der achterpooten van een rat, en ledigde zijn tweeden loop. Hij zag Bensington neervallen op het oogenblik, dat het beest om den hoek verdween.
Конец ознакомительного фрагмента.
Текст предоставлен ООО «ЛитРес».
Прочитайте эту книгу целиком, купив полную легальную версию на ЛитРес.
Безопасно оплатить книгу можно банковской картой Visa, MasterCard, Maestro, со счета мобильного телефона, с платежного терминала, в салоне МТС или Связной, через PayPal, WebMoney, Яндекс.Деньги, QIWI Кошелек, бонусными картами или другим удобным Вам способом.