телефона, с платежного терминала, в салоне МТС или Связной, через PayPal, WebMoney, Яндекс.Деньги, QIWI Кошелек, бонусными картами или другим удобным Вам способом.
1
Naar de stad Canobus, niet ver van het tegenwoordige Rosette gelegen.
2
Van welke schepen de Egyptenaars zich bedienden, kan men o.a. zien bij Dümichen, Die Flotte einer Egyptischen Königin. De oude gedenkteekenen doen ons duidelijk opmerken, welke vorderingen zij langzamerhand in den scheepsbouw hebben gemaakt. Reeds op monumenten uit den pyramidentijd vinden wij afbeeldingen van scheepstimmerwerven, en in het museum te Leiden scheepsmodellen. Vgl. verder: Ebers, Cicerone durch das alte und neue Aegypten en A. Erman, Aegypten und ägyptisches Leben im Altertum.
3
Een lichte zomermantel van zeer fijne stof, die elegante Atheners gewoon waren te dragen. De Dorische Grieken, met name de Spartanen, droegen een eenvoudigen mantel (himation).
4
Deze stad lag in de zoogenaamde Delta, in de Saïtische provincie, aan den linkeroever van den Canobischen Nijlarm. Zij werd omstreeks 749 v. Chr. door Milesiërs gesticht. Door de zorg van de Egypt. Exploration Fund werden in den jongsten tijd hare grondslagen teruggevonden. In de nabijheid van deze bloeiende handelstad koos Alexander de Groote later de plek tot stichting van Alexandrië.
5
Wij zijn in October, wanneer de rivier reeds begint te dalen. Vgl. Ebers’ Warda (vert.) Dl. I, blz. 169.
6
Spartanen droegen geen knevels.
7
Gelijk de Grieken hunne gastmalen door muziek opluisterden, zoo vinden wij ook op de oud-Egyptische afbeeldingen bij de maaltijden vrouwen, blazende op dubbele fluiten, blinde harpspelers, enz.
8
Alkman (Alkmaeon) leefde in Sparta omstreeks 650. Om de vele door hem vervaardigde maagdenkoren (Partheniën), om zijne lofliederen op de vrouwen, en om de vriendschappelijke betrekkingen, waarin hij tot vele Spartaansche vrouwen stond, zou hij den Lacedaemonischen “vrouwenvereerder” genoemd kunnen worden. Zijne liederen waren ook in Egypte bekend, blijkens enkele die men op een papyrus heeft gevonden.
9
Meer bekend onder hare Romeinsche naam Gratiën (Aglaja, Thalia, Euphrosyne).
10
De beste afbeeldingen zijn in de graven van Tel el Amarna (18e dynastie) gevonden. Ze worden ook aangetroffen in de graven van de doodenstad van Thebe, bijv. in het door Ebers ontdekte graf van Amen em heb, die een groot liefhebber van bloemen was. Vgl. Lepsius. Denkmäler aus Aegypten und Aethiopien.
11
Aan den ingang van Egyptische landhuizen stonden gewoonlijk obelisken, waarop de namen van de eigenaars te lezen waren. Vanen of wimpels komen bijna uitsluitend bij tempelpoorten voor, en men kan nog de sporen der krammen
1
Naar de stad Canobus, niet ver van het tegenwoordige Rosette gelegen.
2
Van welke schepen de Egyptenaars zich bedienden, kan men o.a. zien bij Dümichen, Die Flotte einer Egyptischen Königin. De oude gedenkteekenen doen ons duidelijk opmerken, welke vorderingen zij langzamerhand in den scheepsbouw hebben gemaakt. Reeds op monumenten uit den pyramidentijd vinden wij afbeeldingen van scheepstimmerwerven, en in het museum te Leiden scheepsmodellen. Vgl. verder: Ebers, Cicerone durch das alte und neue Aegypten en A. Erman, Aegypten und ägyptisches Leben im Altertum.
3
Een lichte zomermantel van zeer fijne stof, die elegante Atheners gewoon waren te dragen. De Dorische Grieken, met name de Spartanen, droegen een eenvoudigen mantel (himation).
4
Deze stad lag in de zoogenaamde Delta, in de Saïtische provincie, aan den linkeroever van den Canobischen Nijlarm. Zij werd omstreeks 749 v. Chr. door Milesiërs gesticht. Door de zorg van de Egypt. Exploration Fund werden in den jongsten tijd hare grondslagen teruggevonden. In de nabijheid van deze bloeiende handelstad koos Alexander de Groote later de plek tot stichting van Alexandrië.
5
Wij zijn in October, wanneer de rivier reeds begint te dalen. Vgl. Ebers’ Warda (vert.) Dl. I, blz. 169.
6
Spartanen droegen geen knevels.
7
Gelijk de Grieken hunne gastmalen door muziek opluisterden, zoo vinden wij ook op de oud-Egyptische afbeeldingen bij de maaltijden vrouwen, blazende op dubbele fluiten, blinde harpspelers, enz.
8
Alkman (Alkmaeon) leefde in Sparta omstreeks 650. Om de vele door hem vervaardigde maagdenkoren (Partheniën), om zijne lofliederen op de vrouwen, en om de vriendschappelijke betrekkingen, waarin hij tot vele Spartaansche vrouwen stond, zou hij den Lacedaemonischen “vrouwenvereerder” genoemd kunnen worden. Zijne liederen waren ook in Egypte bekend, blijkens enkele die men op een papyrus heeft gevonden.
9
Meer bekend onder hare Romeinsche naam Gratiën (Aglaja, Thalia, Euphrosyne).
10
De beste afbeeldingen zijn in de graven van Tel el Amarna (18e dynastie) gevonden. Ze worden ook aangetroffen in de graven van de doodenstad van Thebe, bijv. in het door Ebers ontdekte graf van Amen em heb, die een groot liefhebber van bloemen was. Vgl. Lepsius. Denkmäler aus Aegypten und Aethiopien.
11
Aan den ingang van Egyptische landhuizen stonden gewoonlijk obelisken, waarop de namen van de eigenaars te lezen waren. Vanen of wimpels komen bijna uitsluitend bij tempelpoorten voor, en men kan nog de sporen der krammen zien, waar eens de vlaggestok werd ingestoken. Uit opschriften blijkt, dat men had opgemerkt, hoe de masten, die bij de pylonen (poorten) voor het hijschen van wimpels soms werden opgericht, ook als bliksemafleiders dienst deden. De vanen waren ook aan de Grieken niet onbekend.
12
Schikgodinnen.
13
De hoofdmaaltijd, het “deipnon,” werd door de Atheners eerst laat in den avond gebruikt.
14
Men kan de Grieksche hetaeren niet met onze lichte vrouwen vergelijken. De beste onder hen hebben door vernuft en beschaving uitgemunt. Men denke aan Aspasia. In de publieke opinie stonden zij geenszins laag aangeschreven. Vgl. Becker, Charikles II, 51–69.
15
Volgens Xenophanes, zijn tijdgenoot, werd hij 154, volgens Plinius 299 jaren oud. In 576 was hij te Sparta.
16
Zoo werd de Nijl oudtijds, bijv. in de gedichten van Homerus, door de Grieken genoemd.
17
Een geboren Samiër van adellijke familie.
18
De bekende fabeldichter vertoefde werkelijk voor zijne vrijlating tegelijk met Rhodopis bij Jadmon.
19
Een slaaf, die met de opvoeding der kinderen was belast, en zich in den regel door fijnere beschaving onderscheidde. Hij vergezelde de knapen overal, ook als ze naar de scholen gingen.
20
Volgens Herodotus was Rhodopis zoo schoon, dat iedere Helleen haar naam kende.
21
Een der voortreffelijkste lierdichters der oudheid. Zijne liederen getuigen van een vurigen geest en zijn onberispelijk van vorm. Het lijdt geen twijfel of hij heeft zich met Charaxus ook te Naucratis opgehouden. Vgl. over hem en andere hier genoemde Grieksche dichters: enz. J. C. Spakler en J. Heemskerk. Handl. tot de studie der oudheid, en W. Wägner, Hellas, vert. door J. C. van Deventer.